Historisch klimaatverdrag verandert de bouwwereld

Het klimaatverdrag van Parijs zorgt ervoor dat Nederland het klimaatbeleid aanzienlijk moet versnellen. Vooral in de gebouwde omgeving is nog heel veel te doen.

Energiebeleid en grondstoffenbeleid zijn de twee belangrijkste terreinen waarmee de bouw te maken krijgt. Doordat op het laatst de doelstelling van het verdrag nog is aangescherpt naar het beperken van de temperatuurstijging tot 1,5 procent, moeten op die beleidsterreinen aanzienlijk meer maatregelen in hoger tempo worden genomen.

Op het gebied van energie moet volgens experts als Jean Paul van Soest veel harder worden ingezet op energiebesparing in de gebouwde omgeving. “Daarin, in woningen en kantoren, moeten nu echt forse maatregelen worden genomen”, laat hij weten.

Het grondstoffenbeleid wordt een onderdeel van het beleid rond de circulaire economie. Daarover is recentelijk nog in de Tweede Kamer gesproken waarbij gevraagd is om een overkoepelend programma.

Klimaatverdrag: handen dragen de aarde met daarop nog maar 1 boomDe Europese Commissie heeft daarover op 2 december nog een mededeling gepubliceerd en het kabinet heeft al eerder de SER om advies gevraagd. In een brief aan de Tweede Kamer schrijft milieustaatssecretaris Sharon Dijksma: “Om tot een overkoepelend kabinetsbreed programma circulaire economie te komen, is het belangrijk om de voorstellen van de Europese Commissie en het advies van de SER mee te nemen”.

Programma

Daarnaast wil Dijksma nog overleg voeren met bedrijfsleven en niet-gouvernementele organisaties over de maatregelen die ertoe kunnen bijdragen een circulaire economie te realiseren. Voor de zomer wil ze dat allemaal in een programma vastleggen.

Specifiek op het gebied van grondstoffen kondigt de staatssecretaris aan in een aantal sectoren energiezuinige ketenprojecten op te zetten rond de hoogwaardige benutting van restafvalstromen. Daarin volgt zij het Europese beleid dat recentelijk door de Europese Commissie is gepubliceerd.

Dijksma laat verder weten zich sterk te maken voor aanpassing van de zogenoemde Ecodesign-richtlijn ter ondersteuning van de circulaire economie. Daarvoor moet de richtlijn worden toegespitst op aspecten als levensduur en repareerbaarheid, recyclebaarheid en toepassing van secundaire grondstoffen.

Samen met België en Duitsland heeft Nederland praktische voorstellen gedaan aan de Commissie.

bron: Cobouw (Ferry Heijbrock)